Lang geleden stond er in de Nederlandse versie van dat wat merkwaardige tijdschrift Reader's Digest een grap over een leerling die Engelse werkwoordsvormen moet opdreunen (ooit nog eens schaamteloos, met succes en zonder enige bronvermelding door ondergetekende gekopieerd voor een schooltoneelstuk): "Drinken: drink, drank, drunk. Breken: break, broke, broken. Schieten: pief, paf, poef."


Wat zegt het over de staat van een land als een krant op de voorpagina een pief-paf-poef-tellertje plaatst dat het aantal gevallen van moord en doodslag registreert? De San Jose Mercury News is daar dit jaar mee begonnen.



Confronterend is het misschien wel, maar wat is het precieze doel ervan en helpt het ook? De krant wil ons waarschijnlijk met de neus op de feiten drukken, al denk ik nou ook weer niet dat moordlustigen zich erdoor laten weerhouden.

“Ik zou je graag voor je kop schieten, maar ja, dat tellertje in de krant, hè?”

Via de pers wat druk uitoefenen op politie en bestuurders van San Jose, dan? Dat zou kunnen. De NRA (National Rifle Association) zal er in ieder geval niet van onder de indruk zijn en het tellertje slechts zien als bewijs dat het noooooit zover zou komen als iedereen een wapen had om zich te verdedigen. Rare logica in die club. Net als in de Open Carry-beweging, waarvan de leden demonstratief met een ongeladen (dat dan weer wel, want anders mag het niet in Californië) pistool aan de broekriem de straat op gaan om het tweede amendement op de Amerikaanse grondwet kracht bij te zetten.


U kent ze misschien wel: die speelgoedpistooltjes waar een vlaggetje met “BANG” uitkomt. Bang. Dat is nou precies wat vooral de schietgrage Amerikanen zijn. Ze worden bevangen door een raar soort angst dat iets of iemand ze hun grondwettelijke rechten gaat afnemen. Hun God-given right noemen ze dat zelfs, al is het mij een raadsel waar de notie vandaan komt dat de Almachtige ook maar iets te maken zou hebben met een door een clubje kerels opgestelde grondwet.


De teller in San Jose staat half februari op zes. Dat is pakweg één moord per week. Maar wat blijkt? Dat is helemaal niet veel. Weinig zelfs. Een kijkje op het internet leert dat allerlei Amerikaanse steden moordcijfers op hun websites bijhouden. Om er een paar te noemen:

  1. •Jacksonville: de teller staat na ruim één maand in het nieuwe jaar op 10.

  2. •New Orleans: heeft een "murders map" met dit jaar reeds 13, eh, moordlocaties.

  3. •Philadelphia: de teller staat half februari al op 25. Let wel, dit is 44% lager (u leest het goed: lager) dan vorig jaar.

  4. •Chicago: hier niet minder dan 43 moorden alleen al in januari van dit jaar.


Typisch Amerikaans? Zou zomaar kunnen. Niet dat er in Nederland nooit iets gebeurt, integendeel, maar zo'n tellertje in de krant of op een website, dat zie je toch ook weer niet zo gauw gebeuren. Ja, het CBS houdt wat statistieken bij – daar zijn ze tenslotte voor – en rept van 165 slachtoffers van moord en doodslag in 2011 in heel Nederland. Wij houden het kennelijk liever bij brood en hagelslag dan de moord en doodslag die leiden tot pakweg 1,5 misdaad per dag in een stad als Chicago. Tel je de cijfers van alle grote Amerikaanse steden bij elkaar op, dan kom je tot angstwekkend hoge aantallen (11.000 vuurwapenmoorden per jaar in de VS volgens cijfers van de VN; en dan hebben we het dus nog niet eens over wat er met steek- en slagwapens wordt uitgespookt).


De veel te invloedrijke NRA blijft bij hoog en laag volhouden dat het niet aan de wapens ligt, maar aan de mensen die er mee zwaaien. Een flutargument natuurlijk. Zeker, de echte gekken houd je toch niet tegen, maar als je niet zomaar wat schiettuig van, noem eens wat, je moeder (en hoe bizar is dat eigenlijk) voorhanden hebt, kan het niet anders of de kans op rare uitwassen moet wel aanzienlijk afnemen.


Na de recente schietpartijen in Aurora en Newtown is het debat over het wapenbezit in de VS weer eens even opgelaaid – voor zolang als het duurt. Als Obama, hoe hard en oprecht hij het ook probeert, überhaupt al iets voor elkaar weet te krijgen op dit gebied, zal het uiteindelijk wel niet meer dan een mager compromiswetje zijn. In Californië komen we er nog niet eens zo bekaaid vanaf. De wapenwetgeving is een van de strengste in de VS, met allerlei verplichte controles, wachttijden en training. Neemt niet weg dat als je daar doorheen komt, je dus toch redelijk eenvoudig een wapen in huis kunt halen.


En zo zullen ook dit jaar de tellertjes weer angstwekkend snel oplopen en de kaartjes eng veel pinnetjes vertonen in het pief-paf-poef-land dat de Verenigde Staten nog altijd zijn.




 

zondag 17 februari 2013

Pief-paf-poef-land

ga naar archieF

 
 
Volgende  
26_De_kust_is_vrij.html
 
3_De_Super_Bowl.html
  Vorige